Home » artikel » Het politiek bewustzijn van broedplaatsen

Het politiek bewustzijn van broedplaatsen

De afgelopen jaren is het aantal plekken waar kunstenaars en creatieve ondernemers gezamenlijk kantoor houden flink gegroeid. Lege plekken in de stad worden beschikbaar worden op die manier weer ‘hip’, maar wat heeft dat voor invloed op de mensen die in die kantoren werken? Boukje Cnossen deed onderzoek naar de ontwikkeling van broedplaatsen.

Het politiek bewustzijn van broedplaatsen

Stedelijke creatieve broedplaatsen hebben verschillende functies voor verschillende betrokkenen. Voor de gebruikers van de broedplaatsen zijn het goedkope plekken om te werken en sociale contacten op te doen, maar ook plaatsen die alternatieven bieden voor de traditionele manier van werken van het bedrijfsleven. Voor belanghebbenden als beleidsmakers, gemeentes en projectontwikkelaars zijn deze broedplaatsen aanjagers van opwaardering en herleving van een wijk, de zogenoemde gentrificatie.

Dat deze twee visies niet altijd samengaan, mag geen verrassing zijn. Onder de gebruikers en oprichters van broedplaatsen heerst soms ontevredenheid over de manier waarop zij worden ingezet voor gentrificatie, en soms treden zij dan ook in het verzet. Broedplaatsen blijken daarom niet alleen platforms voor innovatie en synergie, maar ook voor sociale en soms zelfs politieke gemeenschappen. In dit onderzoek wordt het ontstaan van zulke gemeenschappen binnen broedplaatsen bekeken, en de rol van politiek bewustzijn daarin.

Waarde van werk
Dit gebeurt aan de hand van twee principes uit de autonomistische politieke filosofie: the multitude en the common. Deze theorie gaat ervan uit dat de creatieve potentie van een menigte los staat van de werking van kapitalisme. Met andere woorden, de verzamelde creatieve capaciteiten van mensen zijn al aanwezig voordat een economisch of juridisch principe er waarde aan kan toekennen.

De Italiaanse filosofen Antonio Negri en Maurizio Lazzarato zien deze menigte daarom als iets dat altijd de mogelijkheid voor alternatieve structuren van leven en werken in zich draagt. Ook heeft een menigte de potentie zich politiek te organiseren zonder de hulp van instituties.Dat potentieel wordt ‘het gemeenschappelijke’ (the common) genoemd.

Momenten van verzet
Deze theorie is toe te passen op het fenomeen van broedplaatsen. De productie die wordt voortgebracht door de menigte, hangt niet af van bedrijven en markten. De groep mensen die samenkomt in broedplaatsen bestaat vaak uit zelfstandigen en freelancers. We zien dat de industrie en meer traditionele bedrijven steeds meer geïnteresseerd zijn in het overnemen van de vorm van werken die gangbaar is in broedplaatsen. Er ontstaan daardoor nieuwe groepen die proberen te voorkomen dat deze manier van werken wordt overgenomen door de traditionele markt en die strijden voor de toegankelijke, goedkope broedplaatsen.

Dit onderzoek richt zich op drie broedplaatsen in Amsterdam (A Lab, Beehive Cruquiusweg en ACTA), en vond plaats tussen november 2013 en augustus 2015. Specifiek zoomt de studie in op vier ‘snapshots’ van verzet, situaties waarin de groepen binnen broedplaatsenbewust of onbewust antwoord proberen te geven op de vragen ‘waarom zijn we hier?’ en ‘wie is de baas en waarom?’. Zo laat het onderzoek zien hoe zich groeperingen beginnen te vormen in de tijdelijke creatieve broedplaatsen, en wat de politieke mogelijkheden van deze groeperingen zouden kunnen zijn.